11 oktober, 2007

Hans Plomp

Een nieuw gebed

voor mijn saturnale vriend Gerben Hellinga
aan het begin van de jaren ‘80


Grote Bom die in de hemel is en op aarde
en in de wateren van de zee,
O Bom, voor U knielen wij op deze nieuwe dag van ons leven.
Wij danken U, o Bom, dat Gij niet gevallen zijt vannacht,
dat Gij ons, zondaars, weer een dag schenkt.
Grote Bom, aan Uw goedertierenheid danken wij ons leven
en onze veiligheid.
Onder Uw alziend oog groeien onze kinderen op,
O Grote Bom, Balans van de Angst, Heerser over dood en leven,
wij loven U en besteden onze beste krachten aan U.
Waarachtig, Gij zijt de God aller volken!
Gij smelt de mensheid samen,
de volkeren der aarde sidderen voor U.
O Grote Bom, gesel Gods, Bestraffer onzer zonden,
schenk ons genade en barmhartigheid.
Gij zijt het vleesgeworden Woord,
de Beeltenis van God,
het Licht der Wereld.
O Grote Bom die in de hemel is,
mogen ook onze kinderen in respect voor U knielen,
opdat Uw toorn niet over ons ontbrande!
Gij zijt streng maar rechtvaardig,
U is het koninkrijk en de macht
en de veiligheid tot in eeuwigheid,

Amen


Uit Achter gewone woorden - De beste poëzie uit tien jaar De Tweede Ronde, Bert Bakker, 1990